Voorkom extra kosten achteraf

Nieuwe remschijven en remblokken hebben ongeveer 300 kilometer nodig om goed in te lopen. Pas na het inlopen hebben beide delen 100% raakvlak met elkaar. Ook als de remdelen net nieuw zijn is er al spraken van slijtage. Deze slijtage is nooit gelijk. De ene plek slijt net anders dan de andere. Hierdoor is een nieuwe remblok en remschijf niet meer perfect vlak.

Gaan we vervolgens de remschijven afdraaien, en de remblokken vervangen we niet, dan heeft het meer tijd nodig om de reeds ingesleten remblok opnieuw in de slijten op de vlakke, afgedraaide, remschijf.

Er ontstaat dan een nieuw probleem: warmtespots op de remschijf.

Warmte spots

Het gevolg laat zich raden. Tijdens het remmen ontstaat er door wrijving warmte. Als de remblokken de remschijven elkaar maar op een paar punten raken, krijg je op die plekken een hogere warmteontwikkeling. Dit zorgt voor warmtespots op de schijf. Door deze temperatuurverschillen loopt de remschijf het risico weer krom te raken. 

Tevens verharden de remblokken door de te hoge temperatuur. Er moet immers harder geremd worden om dezelfde remkracht te krijgen.

Roest op de remschijven

Als het wat langer duurt voordat de remblokken en remschijven op elkaar zijn ingesleten, ontstaat er roestvorming op de plaatsen waar het remblok de remschijf niet raakt. Zit er eenmaal roest op de schijf dan zorgt de ruwheid van de roest voor het sneller slijten van het remblok op de roestplek. Hierdoor wordt het effect alleen maar groter.

Laat dus altijd de remblokken vervangen wanneer de remschijven worden afgedraaid. Je voorkomt er nieuwe problemen mee. (Je komt immers al binnen met een probleem. Het goed oplossen hiervan is van belang voor een goed resultaat.)